donderdag 1 oktober 2009

60. Dan nemen we het over

Gisteravond was er weer eens zo’n bekend strooi-ons-zand-in-de-ogen-debat in de Tweede Kamer. Nou ja, er deden tien of twaalf Kamerleden aan mee. De rest was ergens een pilsje aan het drinken, denk ik.
Het ging over Uruzgan. Daar gaan wij uit weg, als leading nation. Mooi is dat geweest hè, we konden eindelijk eens ergens leading nation zijn. Wat het heeft opgeleverd, de afgelopen drie jaren: zeer weinig.
Moesten we nu nog ergens anders in Afghanistan, of zelfs in Uruzgan zelf, militair blijven? Ik zou zeggen: nee, tenzij iemand anders de kosten op zich neemt. Als Amerika bijvoorbeeld zegt: jullie krijgen daarvoor een miljard euro’s, doe dit, doe dat, dan kun je het overwegen.
Want een nationaal belang hebben wij daar niet. Dus ze kunnen het ons vragen, maar doe er wel de financiële middelen bij.
Dat lijkt mij de meest redelijke weg.
In plaats daarvan ging minister van Buitenlandse Zaken Verhagen een heel andere kant op. Hij zei, in tegenwoordigheid van enkele buitenlandse vertegenwoordigers: het zou best kunnen dat we nog enige Nederlandse offers moeten brengen in Afghanistan, ooit, na 2010.
De Kamer, althans die paar leden die aanwezig waren, was het daarmee niet helemaal eens. Ik denk dat niemand het daarmee eens is.
Regering, staakt toch uw gedaas! Anders nemen we het inderdaad over.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten