‘Ik heb een verrassing,’ zei mijn vader. Ik was zeven jaar en al een Jonge Wetenschapper. Ik hield me bezig met de getallen, met de maan en de sterren en met de vraag waarom kangoeroes alleen in Australië voorkomen. Op die leeftijd vond ik ook hypnose reuze interessant, nu weet ik dat hypnose bedrog is. Ik kon ook al een beetje schaken. Dat had ik van mijn vader geleerd, op zaterdagmiddag namen we een opening door: het Gesloten Spaans, het Geweigerd Damegambiet, het Engels met 1..., e5 enzovoorts. Mijn vader heeft me veel geleerd.
‘Ik heb een verrassing voor je. Ik ga aan deze kant van de tafel zitten, dan moet jij aan de andere kant gaan zitten, en goed opletten. Een goocheltruc!’
Mijn gedachten verwaaiden direct. In goocheltrucs was ik net zo min geïnteresseerd als in de precieze grootte van Guadeloupe. Maar als je zeven jaar bent, kun je al wel aandacht voorwenden en dat deed ik dan ook.
‘Ik doe deze truc eerst heel snel en daarna langzaam.’
Doe hem maar snel, dan ga ik daarna verder met waar ik mee bezig was, dacht ik.
Het trucje dat hij deed, is zo oereenvoudig dat het geschikt is voor alle lezers met opgroeiende kinderen. U heeft geen speciale talenten nodig.
U gaat dus aan de ene kant van de tafel zitten, uw nakroost aan de andere kant van de tafel, die bij voorkeur bedekt is met een tafelkleed. Het trucje gaat met twee munten, bijvoorbeeld euro’s. In uw linkerhand heeft u er één, de andere heeft u in uw rechterhand. Dat laat u duidelijk zien aan de jonge slachtoffers. Dan legt u de twee euro’s naast elkaar op tafel. U pakt met de ene hand (in grijpstuivergreep, ik weet niet hoe ik het anders moet uitleggen) een euro, met de andere hand schuift u, ook de hand weer in grijpstuivergreep, de andere euro op uw schoot. Uw lege hand legt u op de tafel. De hand waarin de euro zit legt u op uw schoot. Daar vindt hij de andere euro, die hij oppakt. U klopt nu met uw lege vuist op tafel. De hand met de twee euro’s komt weer boven tafel. U opent nu beide handen en olé, een lege hand en een hand met twee euro’s!
U kunt het trucje nog spannender maken door het eerst te laten mislukken, door dus gewoon in elke hand een euro te pakken. Hand onder tafel, hand op tafel. Hand op tafel tikt op tafel. Andere hand komt boven tafel. U opent beide handen, en in beide handen zit een munt. U kijkt verbouwereerd, zegt: ‘Maar hij moet dóór de tafel heen! Ik probeer het nog een keer!’
‘Kunt u dit trucje ook met drie munten?’ vroeg ik, toen mijn vader klaar was.
Nee, drie munten, daar moest je een echte vakman voor zijn.
‘De maan draait om ons heen, dat snap ik. Hij draait in een eivorm. Dus. Dan moet hij langzaamaan verdwijnen!’ ging ik voort.
Deze constatering was teveel voor de goochelaar.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten