
Ik drong mij bijvoorbeeld eens binnen in de kleedkamer van een Alkmaarse vrouwenvoetbalclub, liet daar mijn broek en onderbroek zakken en zei: ‘Sportief blijven, dames!’ Maar ik werd onmiddellijk weggedragen door twee terreinknechten.
Nog zeer onlangs was ik in de locale supermarkt, waar ik altijd mijn boodschappen doe en bejaarden en hulpbehoevenden help met artikelen uit de bovenste schappen pakken. Nu stond ik in de zeepafdeling, deed weer mijn broek en onderbroek omlaag, en zei galmend: ‘Gratis, dames!’ Maar geen dame reageerde, wel kwam de bedrijfsleider op mij af, met woorden zoals: ‘Doet u toch eens normaal, meneer Hoogeboom!’
Meer dan mijn geweldige bouw, die door mijn kameraden ‘agrarisch’ wordt genoemd, heb ik niet tot mijn beschikking. Ik kan de dames niet betoveren met galante taal, al heb ik natuurlijk wel een ‘Gaat u voor’ losgelaten, jaren geleden, toen ik bij de damesdouches in het plaatselijke zwembad had postgevat.
Mijn borstkas is het meest opvallend, naast mijn dijpartijen. Ik ben dan ook veel in zwembaden te vinden en stel daar mijn lichaam tentoon, zeggende, wanneer een dame langsloopt: ‘What you see, is what you get!’