Rechts rijden. Dat is zo eenvoudig voor ons, wij schrikken zelfs van een linksrijder (spookrijder). Maar ik heb van diverse mensen tijdens mijn leven gehoord dat het links rijden in Engeland ook heel normaal is. Ze waren er in een minuut aan gewend. Zelfs in Zweden, waar het links rijden werd veranderd in rechts rijden — wat in Engeland natuurlijk werd verwacht met grote ongelukken gepaard te zullen gaan — ging dat uitstekend: niet één ongeluk vond er plaats tijdens die overgang.
Dat soort simpele regels zijn ook gemakkelijk op te volgen, als eenmaal iedereen die regel opvolgt. Als je niet eerst een pilot instelt, met borden langs de weg met ‘Hier links rijden. Over 500 meter rechts rijden’, maar de regel op één moment hupsakee overal invoert, dan gaat het ook goed.
Verkeerspsychologen (want dat vak bestaat!) zijn het hier natuurlijk hartgrondig mee oneens, want die hebben geleerd dat het menselijke oog van rechts naar links gaat, of andersom. Maar van verkeerspsychologen (of laat ons het maar eens zeggen: van psychologen in het algemeen) hoeven we niet teveel te verwachten.
Een land dat rechts rijdt, kiest politiek het midden, dat is mijn overtuiging. Je kiest voor de middenstreep, en dat is logisch. Je wilt daar, links zittend in je auto, niet overheen, je blijft aan de rechterkant. Je wilt ook niet teveel rechts gaan rijden. Je zoekt naar de middenweg, die je onvindbaar weet, maar je denkt: uiteindelijk gaat daar het verkeer doorheen.
Deze uitstekende gedachte heeft Nederland al beheerst sinds de Tweede Wereldoorlog, en godzijdank. Of het emotie is of ratio, dat weet ik ook niet. We rijden allemaal rechts, met een zekere neiging naar links.
donderdag 17 december 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten