vrijdag 2 oktober 2009

61. De rest was ergens een pilsje aan het drinken

Er was vandaag in de Tweede Kamer — maar het had ook bij mij thuis kunnen gebeuren, zo klein weer was het gezelschap — een debat over een raamwet kernenergie. Het is te belachelijk om het te volgen, maar ik heb het de hele dag toch gevolgd, want ik wil wel eens weten hoe het zit met het taalgevoel van de parlementariërs en de ministers. Is dat inderdaad zo slecht geworden als wel beweerd wordt?
Het antwoord is: ja.
Over het onderwerp zelf valt trouwens niet zoveel te vertellen. Tegen kernenergie is alleen GroenLinks nog. De rest stemt in. Dat doe ikzelf ook, dus dat was geen probleem.
Minister Cramer van VROM doet het aldus. Ze vertelt een verhaal, zegt van tevoren welke hoofdstukken ze gaat behandelen, wat wel handig is. Wordt ze onderbroken door iemand, dan zegt ze: ‘Voorzitter, in antwoord op meneer Vendrik, dat past niet in de no regret-strategie.’ Of iets dergelijks.
Want je moet in de Tweede Kamer altijd via de voorzitter spreken, en ook interrumperen gaat via de voorzitter, zodat je zinswendingen krijgt zoals: ‘Mevrouw de voorzitter, dat is toch onzin wat de heer Aalders hier verkoopt!’
Doe je dat niet, via de voorzitter spreken, dan herinnert de voorzitter je wel aan die plicht. Het zou op de eerste plaats goed zijn voor het algemene taalgebruik als aan dat via-spreken een eind werd gemaakt.
Het aardigst vond ik het toen meneer Vendrik van GroenLinks zoiets zei als: ‘Maar als die CSS niet lukt, wat dan?’
Voorzitster: ‘U bedoelt de CO2-opslag. Voor de mensen thuis.’
Vendrik schrok even op en zei: ‘Inderdaad.’
Een beetje oplettende boerenlul wist dat natuurlijk al wel, maar de voorzitster vond het nodig er nog even op te wijzen.
Het minst aardige van het hele circus is dit. Over Uruzgan of over de kernenergie wordt niet door 150, maar door slechts 10 Kamerleden gedebatteerd. Waar is de rest? Ergens een pilsje drinken of vroeg naar bed. Die rest van de Kamer komt een week later bijeen om te stemmen over moties en amendementen.
Dat stemmen gaat als volgt. De voorzitster zegt: ‘Motie 37.903, pardon, 38.903. Sorry. Motie van de heren Gortink, Klaassen en Grevemaat over het rekeningrijden over de A9. Wie is daar voor?’ Ze ziet een paar handen opgestoken worden en zegt: ‘PVV, mevrouw Verdonk. Afgewezen.’
Dat stemmen zou ook direct na het debat moeten gebeuren, lijkt mij.
Ik vind dat een hele Tweede Kamer aanwezig moet zijn wanneer een minister zegt dat het bij de DSB een rotzooi is, dat een hele Tweede Kamer bijeen moet zijn wanneer het over Uruzgan gaat, ik vind zelfs dat het bij zulke kleinigheden als een raamwet kernenergie nodig is dat iedereen aanwezig is. Daarvoor worden ze door ons betaald.

5 opmerkingen:

  1. Waarom moet de hele Kamer aanwezig zijn.
    Vanwege de indeling van het Nederlandse politieke systeem in partijen bestaan er in de kamer blokken. Deze blokken worden bij dit soort specialistische onderwerpen vertegenwoordigd door de fractiespecialist. Bij de stemming volgt een fractie meestal de fractielijn, waar de specialist natuurlijk invloed op heeft gehad.
    Als alle kamerleden constant bij de algemene vergadering moeten zijn, blijft er weinig tijd over voor andere werkzaamheden.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. 1. Er bestaan in de Tweede Kamer volgens mij geen blokken, maar partijen.
    2. De parlementsleden hebben altijd het recht om hun eigen mening te volgen. Als je dus vindt als PvdA-er dat die kernenergie er moet komen, dan stem je vóór de kernenergie. Dat kan en dat mag. Die fractiediscipline is nergens goed voor.
    3. Maar goed. Ik begrijp wel wat je zegt: er blijft weinig tijd over voor andere werkzaamheden als alle parlementsleden steeds aanwezig moeten zijn bij alle besprekingen. Maar daar heb ik wel twee vragen bij. De eerste is: wélke andere werkzaamheden zijn dat dan? De tweede vraag is: hoe kan het dat in Groot-Brittannië wél alle parlementsleden aanwezig zijn? Die mensen zullen ook tal van ‘andere werkzaamheden’ hebben.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. 1. Dat is inderdaad de juiste benaming.
    2. Meerdere stemmingen worden tegelijk gehouden. Zoveel mogelijk kamerleden zijn dan tegelijk aanwezig. Er kan dan altijd verzocht worden om een hoofdelijke stemming. Niet alle kamerleden kunnen over alle onderwerpen meepraten. Soms moet je afgaan op de ervaring en het oordeel van de fractiespecialist.
    3. Ik kan me indenken dat daaronder vallen: Lezen van rapporten, verslagen of simpelweg de krant, vergaderingen met ambtenaren, met andere kamerleden, met vertegenwoordigers uit de samenleving, werkbezoeken, overleg met fractiegenoten, lekken naar journalisten.
    De parlementsleden in het Engelse Lagerhuis zijn ook zeker niet de gehele tijd bezig met het debat van dat moment, maar maken van de tijd gebruik om de 'andere werkzaamheden' uit te voeren.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Je hebt me zo ongeveer overtuigd. Ik zei het als een man die nooit naar vergaderingen is toegegaan. Zelfs niet naar werkoverlegjes en zo. Ik heb een jaar lang in het bestuur van een Alkmaarse schaakclub gezeten. Toen moest ik wel. Vreselijk vond ik het, en ik ben er zo snel mogelijk weer uitgestapt.
    Dus ik vind het een stráf die die Kamerleden maar moeten ondergaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ach, zij kiezen ervoor. Ik ga ervan uit dat zij elke ochtend niet tegen heug en meug naar hun werk gaan.

    BeantwoordenVerwijderen